zondag 7 april 2013

# 6







'Everyone is Irish on March 17th'. Op 17 maart was het St. Patricksday en een week later begon de Easter Break. Mijn vriendje kwam langs in Dublin en ik maakte een roadtrip door Ierland met vier vrienden. Klik op 'Read more' voor de verhalen en de foto's. 

'Everyone is Irish on March 17th’. Dat is een leus die ik op heel wat posters, abri’s en spandoeken voorbij heb zien komen. Op 17 maart was het St. Patricksday, de nationale feestdag hier in Ierland. De reden voor dit niet al te bescheiden feest is de herdenking van Sint-Patricius, de beschermheilige van Ierland. In werkelijkheid komt het neer op je uitdossen met zoveel mogelijk groene accessoires en heel veel bier drinken. Een soort Koninginnedag dus, maar dan in het groen.  

De dag begon vroeg: om 9.00 hadden we met onze groep Erasmusstudenten afgesproken bij de Luas stop in Tallaght. Om 10.00 stonden we met z’n allen in de stad klaar voor de uitbundige parade. Daarna doken we de kroeg in en dronken een biertje en nog een en nog een en nog een en toen… nog een. Het was een te gekke dag en ook supertof om St. Patricksday een keertje mee te maken, maar toch prefereer ik Koninginnedag (ofja, volgend jaar Koningsdag, hoe konings is dat :-)). Ik ben dol op alle tweedehands markten en meestal is het weer een stuk zonniger omdat het eind april valt. Ook zijn er overal in Nederland live optredens wat het nog leuker maakt.




































De dag na St. Patricksday hadden we lekker een dagje vrij om bij te komen, wat ook wel nodig was. Daarna hadden we nog een weekje college en die vrijdag kregen we vakantie voor maar liefst twee weken. Eindelijk, bezoek! Mijn lieve vriend David kwam een week over naar Dublin om mij op te zoeken en om te chillen. Kon ik hem eindelijk Dublin showen en hem de mensen laten leren kennen over wie ik al die tijd sprak op Skype. Het was heerlijk om elkaar weer in real life te zien, want op sommige momenten heb ik hem toch wel flink gemist.  Bovendien is Skype echt crap en lelijk. Je kunt elkaar zien en je kunt met elkaar praten, maar je kunt elkaar niet even een knuffel of een kus geven.

Ik heb hem veel van Dublin kunnen laten zien deze week. We hebben de Guinnes Storehouse bezocht (een soort pretpark, maar dan met het thema bier), we zijn bij Trinity College geweest (de oudste universiteit van Ierland met zeer imposante gebouwen), we hebben diverse musea bezocht, we hebben gechillt in het St. Stephen’s Green park, lekker gegeten, biertjes gedronken en vooral genoten. Op maandag zijn vertrokken we naar Galway, aan de westkust van Ierland. We sliepen in een heerlijk hotel in het grootste bed wat ik ooit heb gezien. Yay. De volgende dag bezochten we de Cliffs of Moher, de grootste klipkusten van Europa waarbij je uitkeek over de Atlantische Oceaan. Het hoogste punt van de klippen ligt op 214 meter hoogte. Wauw, wat was dit fantastisch om te zien en een beetje eng ook wel. Het was best hoog. Het leek eigenlijk net of je aan het einde van de wereld staat. Ik moest erg lachen om de bordjes met teksten als ‘if you need help, please call us now’ die op het hoogste punt hingen. Ik heb verder geen plannen om er een einde aan te maken, maar mocht ik ooit suïcidale neigingen krijgen is dit wel een ideale plek ;-).

De week samen vloog natuurlijk als een trein en voordat we het wisten was het alweer vrijdag en moest ik David weer naar het vliegveld brengen. Toen hij door de gate liep kreeg ik wel even een kleine brok in mijn keel, maar ik weet: nog twee maandjes to go en dan zijn we gewoon weer samen in Nijmegen.





De vier dagen die volgden waren erg rustig. Ik was veel thuis, luisterde muziek, shopte wat, dronk hier en daar een biertje en schilderde eitjes voor Pasen

IT'S ROADTRIP TIME!

Afgelopen woensdag was het dan zover. Onze roadtrip! Het idee van de roadtrip bedachten we al een hele tijd geleden, namelijk de eerste week dat we hier waren. Toen ik, Kirstin en onze Finse vriend Kristian in de bus van Glendalough naar Dublin zaten werd dit masterplan gesmeed. We bedachten dat de Easter Break perfect zou zijn voor een trip van vijf dagen. Onze huisgenoot Elke en Kristian’s huisgenoot Alex sloten aan, we huurden een auto en we bedachten een route door Ierland. Belfast, de Carrick-a-Rede Rope Bridge, de Giants Causeway, Londonderry, Galway en het eiland Inishmore warden onze bestemmingen. Vijf dagen, vier nachten, zes bestemmingen, één Duitser, één Fin, één Oostenrijker en twee Nederlanders, weinig slaap en heel veel kilometers. Even het profiel van mijn reisgenootjes.






DAY 1: BELFAST

Nadat we onze auto (een Volkswagen Passat, vrij relaxt) opgehaald hadden op het vliegveld in Dublin kon de trip dan eindelijk beginnen. De eerste bestemming: Belfast! Na slechts twee uurtjes in de auto kwamen we aan in een zonovergoten Belfast. Wat we even vergeten waren is dat Noord-Ierland tot Groot-Brittannië behoord en dat hier dus met ponden betaald wordt. Een eerste koffie werd dus even uitgesteld. We sliepen in het Lagan Backpackers hostel wat ik ten zeerste kan aanbevelen. Het hostel is gezellig aangekleed, schoon, het personeel is heel erg vriendelijk, de mensen in het hostel zijn leuk en de prijs is laag. We betaalden slechts 10 pond voor een nacht + een compleet English Breakfast. In het hostel raakten we aan de praat met de vijfentwintigjarige Australiër Nick. ‘Wat is je hometown?’ vroegen we. ‘Nou ehh… Op dit moment eigenlijk ehm… nergens.’ Nick vertelde ons dat hij al zijn bezittingen had verkocht en van dat geld al vijftien maanden non-stop aan het reizen was. Afrika, Amerika, Europa… Waar was hij eigenlijk niet geweest? Hoe cool is dat! Dat je gewoon al je spullen verkoopt en op de bonnefooi gaat reizen. Fantastisch toch? Tijdens de conversatie was het hoog tijd voor een quizje ‘wat vindt je van de wereld met Nick’. Beste feesten? Amerika. Mooiste natuur? Noorwegen. Vriendelijkste mensen? Zweden. Lekkerste eten? Turkije.

S’middags lunchten we bij ‘The Crown’, de beroemdste pub van Belfast. Wat een prachtige pub! En het eten was heerlijk. En onze Finse vriend Kristian had kreeg zelfs een knipoog van de barman. Ook al zat hij hier natuurlijk niet op te wachten ;-). Later die middag gingen Alex, Kirstin, Kristian en Elke een black cab tour doen. Dat wil zeggen dat je een tour door de stad krijgt in een typisch Engelse taxi. Hier had ik eigenlijk niet zo’n zin in. Het was zo’n lekker weer! Ik had echt geen zin om weer in een auto te kruipen. Dus besloot ik de stad in m’n uppie met de benenwagen te verkennen. Ik maakte foto’s van de stad, bezocht een museum, chillde in de botanische rozentuin en sliep als een echte zwerver op een bankje in het park in het zonnetje. Wat een topmiddag! En wat hadden we geluk met het weer, heerlijk! Belfast is echt een geweldige stad. Ik weet niet, de sfeer die er hangt, het heeft iets speciaals. De gebouwen zijn super mooi en de sfeer is heel gemoedelijk. Het is natuurlijk ook een stad met heel veel geschiedenis wat de stad ook wat meer ‘body’ geeft. Het was jammer dat we er maar zo kort waren, dus ik wil zeker nog een keertje terug!















































DAY 2: CARRICK-A-REDE ROPE BRIDGE + THE GIANTS CAUSEWAY

Na een heerlijk nachtje vertoeven onder het genot van een heel koor aan snurkers in ons hostel was er nog even tijd voor een Engels ontbijt. Hierna was het alweer tijd om uit te checken in ons hostel en naar de Carrick-a-Rede Rope Bridge te rijden. Wat hadden we weer een mazzel met het weer vandaag. De lucht was stralend blauw, de zon scheen op onze bolletjes en de temperatuur was lekker zacht met een graadje of 14.

De Carrick-a-Rede Rope Bridge is een nauw touwbruggetje van 20 meter lang die het vasteland verbindt met het kleine eilandje Carrick Island. De touwbrug hangt 30 meter hoog. Carrick Island is echt een mini eilandje waar helemaal niks is. Je kunt er wel heerlijk in het zonnetje in de duinen liggen. Daar hebben we natuurlijk ook maximaal gebruik van gemaakt. Op het eiland meetten we ook met drie andere vrienden Emmanuel, Christine en Charlélie die op hetzelfde moment als ons een roadtrip maakten, maar dan in precies tegenovergestelde richting.






Nadat we afscheid hadden genomen van onze vrienden en na een kleine picknick in de kattenbak van de auto gingen we op weg naar de Giants Causeway. Voor degenen onder ons die nog nooit gehoord hebben van de Giants Causeway even een Wikipedia-momentje. De Giants Causeway is een rotsformatie die bestaat uit zo’n 40.000 zuilen. De rotsen zouden zijn ontstaan bij een vulkaanuitbarsting, zo’n 60 miljoen jaar geleden. Daarnaast zijn er bij de Giants Causeway ook meer dan genoeg bergen met duingras te vinden wat lekkerder ligt dan het lekkerste hotelbed waar je ooit in lag. Kristian bleek sigaren bij zich te hebben en die hebben we toen samen op de top van de berg in het duingras in het zonnetje opgerookt. Niet dat ik van sigaren houd, maar het was toch wel even een koningsmomentje.

Sinds we de klok hier vorige week verzet hebben is het hier nu pas donker om half 9. Het was nog een uurtje rijden naar Londonderry waar we aankwamen aan wederom een superfijn hostel. Overigens hebben we alle hostels niet van tevoren geboekt, maar onderweg. Onze altijd goed voorbereide Fin Kristian had een bestandje gemaakt met de meest aanbevolen hostels per plaats en die belden we dan iedere keer in de auto of ze plaats hadden die nacht. Prima systeem al zeg ik het zelf. In het hostel in Derry kwamen we per puur toeval twee Canadezen tegen waar we de vorige nacht in Belfast een kamer mee deelden. Wel grappig dat je soms onbewust precies dezelfde route doet als anderen doen.





DAY 3: DERRY

Natuurlijk kennen we Belfast als een plaats met veel geschiedenis, maar laten we de Noord-Ierse stad Derry niet vergeten. Overigens is de strijd tussen de protestanten en de katholieken nog steeds gaande. Zo waren er begin dit jaar nog rellen in Belfast vanwege het besluit om de Britse vlag alleen nog op feestdagen te hijsen op het stadhuis van Belfast. In Derry vond op 30 januari 1972 Bloody Sunday plaats. Hierbij werden veertien ongewapende jongens en mannen neergeschoten door Britse soldaten na een vreedzame, maar door Britten verboden demonstratie voor de burgerrechten.

Op vrijdagochtend maakten we een stadswandeling door Derry met een gids. De gids was zelf zeven jaar oud toen Bloody Sunday plaatsvond. We liepen naast alle zogenaamde murals (dit zijn schilderwerken op de muren van huizen in Derry die de gebeurtenissen van 30 januari 1972 herdenken) terwijl onze gids ons alles vertelde wat er nu precies gebeurde op deze dag. Tot slot bezocht ik samen met Alex en Kristian het Bloody Sunday Museum, wat ons nog wat meer achtergrondinformatie gaf bij de verhalen van onze gids. De verhalen die de gids vertelde en alles wat ik zag in het museum deed me pijn en maakte me verdrietig. Hoe kon zoiets gebeuren en hoe kunnen mensen elkaar zoiets ernstigs aandoen waren de vragen die in mijn hoofd bleven hangen. Eigenlijk word ik er nog steeds verdrietig van nu ik dit schrijf.

Toen Alex, ik en Kristian terugliepen van het museum naar de stad zagen we dat vier mensen bezig waren met het restaureren van één van de schilderwerken. We raakten aan de praat met een van de schilders. Hij vertelde ons dat hij deze mural samen met de drie anderen twaalf jaar geleden ontwerpen had en dat ze nu bezig waren met het restaureren van alle schilderwerken. Ik vind het heel bijzonder dat we gesproken hebben met de man die deze schilderwerken bedacht en gemaakt heeft.

Die dag stond nog een rit van zo’n 275 naar Galway op de planning dus na een stadswandeling, lunch en een veel te korte chill in het zonnetje stapten we rond 4’en in de auto en vervolgden we onze weg. Die avond kwamen we rond 10 uur aan in ons hostel in Galway. Helaas hadden we dit keer minder geluk. Dit hostel was smerig en stonk naar vieze sokken die de hele dag op een verwarming hadden liggen drogen. Bah. Als festivalliefhebber ben ik heel wat gewend. Ik heb zelfs vrienden die op dixies slapen, maar dit sloeg voor mij echt alles. We deelden de kamer met zo’n 16 anderen en oh, de stank. Als ik er aan terugdenk moet ik bijna overgeven. Na onze spullen gedumpt te hebben vluchtten we maar snel het hostel uit om een biertje te drinken in de stad. Toen we zo’n drie uur later een beetje aangeschoten terugkwamen kon ik me in ieder geval niet meer focussen op alle vieze mensen die naast me lagen.







DAY 4: INISHMORE

Gelukkig moesten we de volgende ochtend vroeg vertrekken, dus om acht uur stond ik alweer naast mijn bedje. Toen ik mijn koffer aan het inpakken was kwam er een niet al te fris ruikende jongen op slippers binnen die neerplofte op het bovenste bed van het stapelbed waar ik die nacht in het onderste bed geslapen had. Aan de ontbijttafel vertelde ik Kirstin opgelucht dat ik blij was dat hij pas om acht uur s’ochtends kwam binnen kakken en niet de hele nacht slechts 40 centimeter van mij verwijdert had zitten hijgen. Kirstin doodleuk: ‘oh, dan is hij vast even naar de wc geweest, want hij lag gewoon de hele nacht boven je hoor.’ Aha. Iew. Overigens nam dit hostel de woorden ‘breakfast included’ ook niet zo nauw. De melk was twee dagen over de datum en er waren niet eens bordjes om je bammetje op te smeren. Wat baalde ik dat ik 20 euro had betaald voor deze crap. Snel weg hier, brrrrrr!

Gelukkig scheen het zonnetje en hadden we iets leuks in het vooruitzicht, namelijk Inishmore! Wederom even het welbekende Wikipedia-momentje. Inishmore maakt deel uit van de eilandengroep Aran Islands in de baai van Galway. Het eiland is ongeveer 14 kilometer lang en 3 kilometer breed en heeft 824 inwoners. Per dag gaan er twee ferry’s heen en twee ferry’s terug van het eiland naar het vasteland. Er zijn slechts twee hostels op Inishmore, dus toen we de eerste belden of ze plek hadden duimde ik dat het beter zou zijn dan het hostel in Galway. Toen we op het eiland aankwamen bleek dat gelukkig zo te zijn. Vriendelijk personeel, een mooie grote keuken en woonkamer, een schone kamer en het beste van alles: een kamer voor alleen ons vijven.  

Het is niet toegestaan voor toeristen om je auto mee het eiland op te nemen en omdat het lekker weer was besloten we fietsen te huren om het eiland te verkennen. Ik had al meer dan twee maanden niet gefietst en stiekem miste ik dat wel, dus als echte fietsliefhebbende Nederlander was ik hier erg content mee. Bovendien was het weer fantastisch en was het heerlijk om het eiland rond te cruisen. Er was een baai waar we zeehonden konden spotten wat heel bijzonder was. Daarna fietsten we naar een fort waar je kon uitkijken op de Cliffs of Moher. De heenweg naar het fort was heerlijk, want dat was voornamelijk bergafwaarts, maar toen we weer terug naar het hostel wilden gaan startten de problemen. We moesten namelijk een flinke berg passeren. Je kan begrijpen dat de niet bepaald geringe alcohol- en tabakconsumptie van onze Duitse vriend Alex niet veel goeds doet aan zijn conditie. Voor ons was de berg niet bepaald een eitje, maar Alex ging letterlijk dood op zijn mountainbike. Gelukkig kwam hij weer tot leven toen we weer naar beneden konden zoeven. Een koud biertje in het zonnetje op het muurtje voor ons hostel maakte de dag helemaal compleet.  





DAY 5: BACK TO DUBLIN

Wauw, heb ik ook een vakantie gehad waarbij ik geen enkele dag later ben opgestaan dan 9.00? Ik weet het niet. Vandaag was er in ieder geval weer zo eentje, want aangezien de ferry maar twee maal per dag naar het vaste land gaat moesten we de ferry van 9.00 hebben. Vandaag stond in teken van de terugreis naar Dublin. Dit was de enige dag dat het weer wat minder was en het zonnetje niet scheen. Wat hebben we een geluk gehad met het weer tijdens onze trip. En dat in Ierland! Onderweg naar Dublin bezochten we nog een authentieke kathedraal en toen was het toch echt tijd om de fijne auto (waar ik toch wel een beetje aan gehecht was geraakt na al die kilometers) in te leveren. Wat een superfijne roadtrip was dit! Ik heb zo hard gelachen om alle inside jokes, ik heb zoveel mooie dingen gezien en lekker kunnen genieten van het zonnetje. Deze roadtrip krijgt van mij een dikke vette 9.



Helaas zit de Easter Break er alweer op en morgen is het tijd om terug te keren naar de universiteit. Nu is er echt werk aan de winkel want de komende weken heb ik een flink aantal deadlines. Gelukkig zijn er ook leuke dingen in het vooruitzicht. Aanstaande woensdag treed de Noorse indiepopband Moddi op in Whelan’s waar ik zeker even een kijkje ga nemen en over twee weekjes komen mijn vier allerliefste Nijmeegse vriendinnetjes Dublin voor vijf dagen op z’n kop zetten.

Liefs en een hele dikke kus,








P.S. Wil je meer foto’s zien? Check Facebook of Instagram

Geen opmerkingen:

Een reactie posten